9. Codie van Holm
Gezegde van Nico de tabakskweker: rol een sigaar zoals je een vrouw verleidt. Rook de sigaar zoals je een vrouw bemint en laat hem vervolgens rusten zoals je daarna zou slapen.
Dille, met Yelena in haar armen en Cheshire naast haar voeten, had haast meteen de deur geopend toen ik aanbelde. We omhelsden elkaar innig maar voorzichtig, zodat Yelena niet geplet werd. Het was heerlijk wonen in Emowereld. In Ratiowereld zouden we elkaar nooit zo begroet hebben!
‘Je ruikt naar whisky, Codie!’ Het klonk zowel verwonderd als spottend.
‘Eenmaal raden wie er bij Toth zat.’
‘O, kom je bij Toth vandaan? Maar kom binnen.’
Ze liep voor me uit naar de gezellige woonkamer waar iedere muur een andere kleur had, de sofa uit een tekenfilm gejat leek te zijn en zoveel bloemen stonden dat je je eerder in een botanische tuin waande dan in een huis. Ik dacht wel eens dat het Dille’s manier was om die kille jaren die ze op Ratiowereld heeft doorgebracht te compenseren. Ik gunde het haar van harte.
Ik trok mijn jas uit en ging zitten. Dille vleide Yelena in mijn armen. ‘Heeft Sofie je aangekleed?’ Ze keek me spottend aan.
‘Is dat zo duidelijk dan,’ grijnsde ik.
Ze knikte. ‘Ik haal wat te drinken. Wijn of koffie?’
Ik was even afgeleid door het lieflijke wezentje op mijn schoot.
‘Codie?’
‘O, euh, doe maar een glaasje wijn. Het is me een beetje te laat voor koffie.’ Ik vroeg me af waarom Yelena nog niet in bed lag, maar wilde me er niet mee bemoeien.
Yelena kirde en greep met haar handje mijn vinger beet. Ik stak mijn tong naar haar uit waardoor ze het uitkraaide van plezier. Cheshire zat op haar achterpoten en hield me nauwlettend in de gaten. Ze nam duidelijk een beschermende rol in op het gebied van Yelena. Dille kwam terug met twee glazen rode wijn. Ze nam naast me op de bank plaats en overhandigde me een glas.
‘Schat?’ riep ze naar de veranda.
‘Ja?’
‘Wil jij Yelena even in bed leggen. Het wordt nu wel tijd.’
‘Oké.’
Ik hoorde geschraap van een stoel. Henk kwam de woonkamer in. ‘Hoi Codie. Alles goed?’
‘Ja, hoor, gaat wel.’
‘Goed zo.’ Hij nam Yelena uit mijn armen. Ze zette meteen haar keel wagenwijd open. ‘Tut, tut, tut,’ suste Henk. ‘Het is tijd, jongedame. Baby’s hebben hun rust nodig.’ Henk schuifelde de kamer uit met fluisterende onomatopeeën tegen de krijsende baby en de kat in zijn kielzog. Ik glimlachte. Wat had ik over gehad om door dergelijke lieve en zorgzame ouders te zijn opgevoed.
‘Yelena is een moeilijke slaper. Ik denk dat ze een nachttype is. Overdag slaapt ze als een roosje, maar ’s nachts!’ Dille rolde met haar ogen.
‘Ze is erg lief en mooi,’ zei ik omdat ik geen flauw benul had van opvoedingsmethoden. Misschien moest ik me daar ook maar eens in verdiepen. Wie weet hoelang het zou duren eer Sofie en ik eraan begonnen.
Dille grijnsde. ‘O, trouwens, bedoelde je daarnet Nico?’
Ik kon even niet volgen, tot ik begreep dat ze het over mijn eerdere vraag had. ‘Ja, die.’
‘Dan begrijp ik volkomen waarom je naar whisky ruikt!’ Ze grinnikte. ‘Aardige man wel, hé.’
‘Absoluut.’
Er moet een weemoedige blik in mijn ogen gelegen hebben, want plots keek Dille me ernstig aan. ‘Niet dat ik het erg vind. Maar wat doe je hier zo laat? Is alles wel in orde?’
Ik nam een grote slok wijn en draaide het glas om en om in mijn handen. ‘Wel, niet echt.’ En vertelde haar alles. Naarmate ik bij het adoptiepunt aanbelandde, legde Dille troostend haar hand op mijn knie.
‘Je wil dat ik de database van New Horizons hack, hé,’ zei ze toen ik uitgesproken was. Snuggere Dille. Ze begreep alles meteen. Ik knikte.
‘Goed, hoor, geen probleem. Maar hoe voel je je bij het feit dat je geadopteerd bent?’
‘Aanvankelijk geshockt, daarna verbaasd en verdrietig, maar nu eigenlijk wel opgelucht en begrijpend.’
‘Dat is heel wat. Dat laatste kan ik me voorstellen. Ze waren nu niet echt fantastische ouders, hé.’
Ik grijnsde. ‘Dat is nog licht uitgedrukt.’
Ze bleef me even behoedzaam aankijken en zei toen: ‘Je weet toch dat wij je familie zijn, hé. Ik houd van je als was je mijn kleine broertje.’
Nee, hé. Mijn ogen vulden zich met vocht. Ik slikte mijn tranen door, maar ze bleven zich ophopen en plots lag ik in Dille’s armen en huilde ik als een klein kind. Dille streelde mijn hoofd en liet me uithuilen.
‘Het is echt zo, Codie. Kate, Kalon, Gehlen, Natasha, Henk en ik zijn je echte familie.’
Ik trok me terug uit haar armen en knikte. Met de mouw van mijn trui veegde ik de tranen weg. Even voelde ik me onwennig, maar dat was snel over. Bij Dille kon ik mezelf zijn, bij haar moest ik me niet schamen om mijn gevoelens.
Ze stond op. ‘Ik ga even mijn laptop halen uit de keuken. En de fles wijn! Ik denk dat we dat allebei kunnen gebruiken.’
‘Is er iets bij jou gebeurd dan?’
‘Nee. Althans niet rechtstreeks. Het is niet belangrijk. Het komt later wel,’ riep ze uit de keuken. Ze kwam terug met de laptop, ging zitten en klapte hem open op de salontafel.
‘Ga je Arthur gebruiken?’ vroeg ik hoopvol.
Dille keek me even schuin aan, leek het even te overwegen. ‘Nee, deze keer niet. Ik heb hem nog maar pas wakker gemaakt. Hij moet geen kapsones krijgen en denken dat ik hem nu altijd oproep.’
Jammer, ik vond hem wel grappig. Zodra de laptop geactiveerd was, begon Dille verwoed te typen. Zelden had ik Dille de spraakactivatie weten gebruiken, tenzij met Arthur. Ik volgde een deel, want ik wist ook wel wat van computers af. Het meeste ging echter aan me voorbij. Dille was er een meester in, een goochelaar op het binaire netwerk. Ik had me er nooit fatsoenlijk in verdiept. Mijn interesses lagen bij teveel andere zaken, zaken die minder technisch en hedendaags waren.
Op het scherm verscheen een logo in een warmrode kleur. Het leek op een N met een horizontale streep erdoor, wat natuurlijk de N en H waren die stonden voor New Horizons.
‘Kijk, via deze link,’ ze wees een button aan waarop stond Welkom, ‘ga je naar het gedeelte voor het publiek. Dat moeten we echter niet hebben, daar staat niets geheim op.’ Ze grijnsde en leek helemaal in haar nopjes.
Meer razendsnel getik volgde.
‘Ze hebben de beste computertechneuten werken voor dat bedrijf, dus het is niet eenvoudig. Maar ik ben beter.’ Het klonk enorm zelfverzekerd. Ze boog zich iets dichter naar het scherm toe. Met haar voorhoofd gefronst en het topje van haar tong tussen haar lippen uitstekend, tikte ze als een bezetene op het toetsenbord.
‘De verbinding is ook nog eens iets slechter dan anders,’ pruilde ze. ‘Maar dat wordt wel beter. Waarschijnlijk is er veel verkeer tussen beide werelden.’
Ik veronderstelde dat Dille bedoelde dat doordat op dit moment veel mensen de Portalen gebruikten de elektronische verbinding, die eveneens door deze Portalen liepen, verstoord werd.
‘Ik ben binnen!’ riep ze triomfantelijk uit.
‘Je bent een genie!’ riep ik, nog luider.
‘Ssst,’ Dille giechelde. ‘Yelena slaapt.’
‘Sorry.’
‘Hm, even kijken.’
Op het scherm stonden verschillende opties.
DNA
- Onderzoek en Testing
- Ontwikkeling
IVF
- Patiënten
- Onderzoek
Computer
- AI departement
- Software
- Hardware
- Verkoopdepartement
Robotica
- Ontwikkeling en Testing
- Verkoop
Laboratorium
- IVF
- Kliniek
- Onderzoek
‘Ieniemienie mutte, wat gaan we kiezen,’ zei Dille.
‘Laboratorium, IVF ?’ opperde ik.
‘Hm, ik denk het niet. Maar laten we het maar eens doen.’ Dille klikte op de button.
Er verschenen twee onderverdelingen: ‘patiëntendossiers’ en ‘Wachtlijst’. We besloten de eerste te proberen, al had deze een bijkomende beveiliging. Dille kraakte die in recordtempo. ‘Het was een makkelijke,’ schokschouderde ze. Ik geloofde er niets van. Patiëntendossiers werden erg goed beschermd. Ik gaf de namen van mijn ouders.
‘Er is een dossier op hun naam.’ Dille keek me tersluiks aan. ‘Weet je het zeker?’
Ik knikte. Dille klikte het dossier open en … Het was leeg, volkomen blanco. We keken er een tijdje naar, alsof ik verwachtte dat er elk moment op magische wijze letters konden verschijnen.
‘Eigenaardig,’ onderbrak Dille de stilte. ‘Niet logisch.’
‘Ja, en nu?’ Ik leunde achterover en kruiste mijn armen.
‘Ik stel voor… de IVF afdeling. Als je net als alle andere kinderen genetisch geconstrueerd bent, dan moet er een dossier op jouw naam bestaan. Mogelijk wilden je biologische ouders je niet.’ Dille beet op haar onderlip. ‘Sorry dat het er zo cru uitkwam.’
‘Nee nee, niet erg. Maar dan zouden ze me toch bij een andere moeder hebben ingeplant? Dat is toch geen adoptie?’
‘Jawel. Jij denkt aan de adoptieprocedure van vroeger, voor het bestaan van labs. Geboren baby’s en kinderen die in een vreemd gezin terechtkwamen. Dat komt allang niet meer voor. Er is geen armoede meer waardoor kinderen worden afgestaan. Er bestaan geen tienerzwangerschappen meer, sedert het lab de zwangerschappen controleert van de conceptie tot aan de geboorte zelf. Adoptie tegenwoordig betekent dat de ouders van een genetisch gemanipuleerd eitje besluiten om het toch niet te laten inplanten, maar wel de toelating geven aan het lab om het bij een andere vrouw in te planten. Wat erg zelden voorkomt. Ik dacht dat je dat wist. Maar ik heb me er dan ook eens grondig in verdiept.’
‘O,’ zei ik. Meer wist ik niet uit te brengen.
‘Gaat het?’ Dille keek me bezorgd aan. Zag ik er dan zo bleek uit als ik me voelde?
‘Ja, ja, prima.’
‘Dus? De IVF afdeling?’
‘Ja, is goed.’
Ik was nog steeds aan het verwerken dat mijn biologische moeder me niet gewild had. Toen ik dacht dat ik als baby weggegeven werd, leek het me minder erg. Het is eigenaardig, maar ik zag er ook een stuk romantiek in. Net als in die oude, prachtige boeken waarin verhalen stonden over vondelingetjes, baby’s in een rieten mandje die in een portiek gevonden werden. Ik dacht dat ik een ongelukje was geweest en dat mijn ouders me niet hadden kunnen opvoeden. Voor mijn bestwil hadden ze me met pijn in het hart weggegeven, zodat ik een rijk gevuld leven kon hebben. Maar nu. Nu bleek dus dat mijn ouders naar de IVF afdeling waren gegaan, een kind naar wens hadden laten ontwikkelen, volledig op maat en daarna hadden ze zich bedacht. Alles in volkomen rationele toestand. Geen huilende moeder die haar baby met moeite weg kon geven, maar een weloverwogen, kille beslissing.
Gelukkig onderbrak Dille op tijd mijn neerwaartse spiraal van gevoelens. ‘Ik heb hier het patiëntendossier van je adoptiefouders Ze zijn dus ook op anamnese gegaan. Ze wilden, even kijken, een jongetje met bruin haar en bruine ogen. De linkerhersenhelft moest domineren over de rechter.’ Zijn ze daar even mee de mist ingegaan, zeg. Er stonden nog een twintigtal wensen over hoe het kind eruit moest zien, zijn voorkeuren en afkeuren. De meeste kwamen met mij overeen, maar sommige ook niet. Hadden mijn ouders daarom zo’n hekel aan me gehad?
Dille keek me aan. ‘Ik denk dat ze na dit gesprek de keuze hebben gekregen om jou in de plaats te nemen. Al verklaart het niet waarom het eerste dossier blanco was.’
‘Maar waarom? Je zou toch verwachten dat ze een eigen kind prefereren boven een vreemde? Of denk je dat mijn moeder geen kinderen kon dragen?’
Dille schudde haar hoofd. ‘Nee, dat komt niet meer voor en zou bovendien makkelijk te verhelpen zijn.’
‘Maar waarom dan?’
‘Ik begrijp het eerlijk gezegd ook niet.’ Ze draaide zich weer naar het scherm toe. ‘Ik ga nog iets proberen. Een algehele zoekopdracht in de database van New Horizons naar het woord Codie. Misschien heeft het lab jou die naam gegeven nadat je biologische ouders van een inplanting afzagen. Het is ver gezocht, maar wie weet.’
Gespannen wachtte ik af. Na nog geen vijf seconden stond er op het scherm.
Codie 1
Onderzoek en Testing, DNA: geclassificeerd. Top geheim.
Met open mond lazen we in stilte de woorden. Toen keken we elkaar aan, zonder iets te zeggen.
Ten slotte zei Dille: ‘Het is mogelijk dat het niet over jou gaat.’
‘Zeg nu niet dat jij ook niet voelt dat het wel over mij gaat.’
Ze knikte. ‘Ja, ik denk het eerlijk gezegd wel.’
Ze boog zich naar het scherm toe. ‘De beveiliging dat hierop zit…’ Ze zuchtte diep. ‘Laten we zeggen, dat wordt een nachtje overwerken.’
‘Laat maar,’ zei ik. Ze had al genoeg aan haar hoofd met een nieuwe baby.
‘Ben je helemaal! Dit is een uitdaging! Denk je trouwens dat ik niet nieuwsgierig ben! Maar wat ik wel vreemd vind, is dat ik jouw naam dan eerder bij ontwikkeling zou verwacht hebben. Op die afdeling worden de baby’s in elkaar gestoken. Nu ja.’
Ze rechtte haar schouders, klaar om er meteen in te vliegen. We schrokken ons dan ook gek toen onze horloges plots roze oplichtten.